Aanvragen van een bijstandsuitkering

Aanvragen van een bijstandsuitkering

U heeft recht op bijstand als u voldoet aan de voorwaarden. En niet genoeg inkomen of vermogen heeft om in uw levensonderhoud te voorzien. En ook niet in aanmerking komt voor een andere uitkering. Wanneer u jonger bent dan 65 jaar kunt u een bijstandsuitkering aanvragen bij het UWV Werkbedrijf (vroeger Centrum voor Werk en Inkomen (CWI)). Het UWV Werkbedrijf stuurt de aanvraag door naar uw gemeente.

Voorwaarden recht op bijstand:

U woont rechtmatig in Nederland.
U bent 18 jaar of ouder.
U heeft niet genoeg inkomen of eigen vermogen om in uw levensonderhoud te voorzien. Woont u samen met uw echtgenoot of voert u een gezamenlijke
huishouding met iemand? Dan telt het inkomen en het eigen vermogen van deze persoon mee.
U kunt geen beroep doen op een andere uitkering.
U zit niet in de gevangenis of een huis van bewaring.
U doet mee aan activiteiten die uw gemeente u aanbiedt om werk te vinden.

Vermogenstoets bijstand

Om te bepalen of u recht heeft op bijstand bekijkt uw gemeente of u niet te veel vermogen bezit. Zoals spaargeld. Heeft u meer vermogen dan toegestaan? Dan kunt u hiermee in uw levensonderhoud voorzien. En heeft u geen recht op bijstand totdat u dit geld heeft opgemaakt. Het bedrag dat u maximaal aan vermogen mag bezitten is afhankelijk van uw leefsituatie.

Leefsituatie Maximaal toegestaan vermogen

Als u in het gelijk wordt gesteld worden uw bezwaren (gedeeltelijk) gegrond verklaard. Dit betekent dat op het eerdere besluit wordt teruggekomen. Dit moet schriftelijk aan u worden bevestigd in een beslissing op bezwaar. Wordt u echter niet in het gelijk gesteld, dan kunt u het besluit voorleggen aan een rechter (beroep instellen bij de rechtbank). Dit moet eveneens altijd binnen zes weken  gebeuren.

Gezamenlijke huishouding    € 11.880,-
Alleenstaande ouder    € 11.880,-
Alleenstaande    € 5.940,-

U heeft recht op een bijstandsuitkering in de gemeente waar u woont. Hierbij is de hoofdregel dat u woont in de gemeente waar u staat ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie (GBA). Volgens vaste rechtspraak echter moet uw woonplaats worden vastgesteld aan de hand van feitelijke omstandigheden. Mensen die ouder zijn dan 65 jaar krijgen normaal gesproken een AOW-pensioen. Het kan echter zijn dat u geen recht heeft op een volledig pensioen, omdat u een aantal jaren buiten Nederland heeft gewoond. Dan kan het zijn dat u recht heeft op aanvullende bijstand. Iedereen die ouder is dan 65 jaar moet de aanvraag niet indienen bij het UWV Werkbedrijf, maar bij zijn of haar gemeente.

Nadat u de aanvraag heeft ingediend ontvangt u binnen 8 weken een beschikking. Hierin staat of u wel of niet recht heeft op een bijstandsuitkering.

Belangrijke zaken waar u op moet letten bij het aanvragen van een bijstandsuitkering:

Kopie aanvraagformulier

Maak altijd een kopie van uw aanvraagformulier. Zo heeft u altijd bewijs van uw aanvraag achter de hand.

Voorschot

U heeft bij het aanvragen van de uitkering al de mogelijkheid om een voorschot te verzoeken.

Laat u niet wegsturen

Wanneer uw uitkering is beëindigd, wordt aan u soms verteld dat u éérst in bezwaar moet gaan. Dit is echter niet juist.
U mag ALTIJD een aanvraag doen.

Wees op tijd

Vergeet niet dat de datum van de aanvraag bepalend is voor de uitkering: u krijgt slechts onder hele bijzondere omstandigheden terugwerkend een uitkering.

Dakloos of thuisloos en bijstand aanvragen

Iemand die geen vaste woonplaats heeft of geen vast verblijfadres kan onder bepaalde voorwaarden toch een bijstandsuitkering krijgen. Zij moeten de aanvraag doen bij hun gemeente. Een gemeente kan regels stellen voor het toekennen van een uitkering. Meestal moet de aanvrager gedurende een bepaalde tijd bijhouden waar hij overdag verblijft en waar hij ‘s nachts slaapt. Als is gebleken dat de aanvrager verblijft binnen de gemeente waar hij de aanvraag heeft gedaan kan de uitkering worden toegekend. Volgens de wet kunt u in sommige gevallen recht hebben op een postadres.

Het lukt niet iedereen de aanvraag juist te verwerken. Soms komt er veel papierwerk bij kijken. De ambtenaar die uw aanvraag behandelt kan vragen om verschillende documenten, zoals bankafschriften van het laatste half jaar en andere waardepapieren. Bij de aanvraag wordt zo vastgesteld of de persoon beschikt over vermogen of over een schuld. Ook documenten met betrekking tot de eigen woning moeten worden overlegd. Als het u niet lukt om de aanvraag zelf af te handelen, kunt u hulp inschakelen van Legal2People.

Heeft u problemen met uw uitkering, of vindt u dat u te weinig uitkering ontvangt? Neem dan contact met Legal2People en ons team helpt u graag verder.

Bijstand en een eigen huis

Een eigen huis wordt gezien als een onderdeel van uw vermogen. Uw gemeente beoordeelt dan ook hoeveel vermogen er in uw woning zit. En kijkt hierbij naar de overwaarde van uw huis. Dit is de huidige waarde van uw huis minus de nog niet afgeloste hypotheek. Lees meer over recht op bijstand met een eigen huis.

Aanvragen van een voorschot

Voorschot binnen vier weken

Als niet binnen vier weken na de aanvraag het recht op algemene bijstand is vastgesteld door de gemeente, dan moet er ambtshalve een voorschot worden geven. U hoeft hier dus niet zelf om te vragen, de gemeente is daartoe wettelijk verplicht. Het voorschot moet uiterlijk binnen vier weken na de aanvraag worden uitbetaald. De periode van vier weken is een maximum, waar nodig kan eerder een voorschot gegeven worden. De hoogte van het voorschot is wettelijk minimaal 90% van de norm die op de betrokkene van toepassing zal zijn. Ervaring leert dat niet iedere gemeente zich aan deze regels houdt en is het verstandig om zelf een aanvraag voor een voorschot in te dienen. Via bijgevoegde formulier kunt u het voorschot aanvragen.

Jongeren tijdens de zoekperiode (tot 27 jaar)

Tijdens de zoekperiode van 4 weken bestaat geen recht op een voorschot op grond van artikel 52 WWB (broodnood), omdat dit een wettelijk voorschot is vooruitlopend op een besluit en er nog geen sprake is van een aanvraag. Wel kan de jongere in geval van dringende redenen een beroep doen op artikel 16 WWB. In dit artikel is bepaald dat het college de bevoegdheid heeft om een persoon die geen recht op bijstand heeft, toch financieel bij te staan, indien zeer dringende redenen daartoe noodzaken. Vast dient te staan dat sprake moet zijn van een acute noodsituatie, die op geen enkele andere manier kan worden verholpen, zodat een noodbetaling onvermijdelijk is. Er moet dus meer aan de hand zijn dan alleen een lege portemonnee.

Het gaat in de praktijk vaak om een situatie waarbij sprake is van een cumulatie van problemen, bijvoorbeeld een acute dreiging van een huisuitzetting, in combinatie met het niet hebben van geld om in de eerste levensbehoeften te voorzien en het niet kunnen lenen van geld bij derden. Iemand mag dan ook niet inwonend zijn bij familie, vrienden, of kennissen.

De afweging of sprake is van een dergelijke situatie moet individueel gemaakt worden. U dient dus zelf een brief te schrijven met daarin gemotiveerd weergegeven waarom er financiële ondersteuning in dit geval noodzakelijk is (broodnood).

Scroll naar boven