Internetonderzoek door de gemeente, mag dit?

Een vraag die we regelmatig in onze praktijk tegen komen. En in deze blog proberen we daar kort wat meer informatie over te geven.

Internet is een bron aan informatie

Sociale Media en internet is een geweldige bron aan informatie voor de sociale recherche van de gemeente. Internet wordt veel gebruikt voor handhaving en opsporing van fraude. Hierbij worden onder andere de persoonsgegevens, woongegevens, inkomstengegevens, etcetera gecontroleerd door de gemeente. De gemeente kijkt van sociale media tot aan Marktplaats. Als gemeente mag er internetonderzoek gedaan worden, maar waar liggen de grenzen? Hoe ver mag de gemeente gaan?

Handhaving en opsporing van fraude

Het preventief raadplegen van internetbronnen bij het in behandeling nemen van een aanvraag om een uitkering mag bijvoorbeeld niet. Dit is dus disproportioneel. De gemeente is verplicht om eerst gebruik te maken van de bronnen waar zij toegang tot heeft. Denk hierbij aan suwinet gegevens, dossier onderzoek, het bekijken van bankafschriften etcetera.

De gemeente moet een indicatie hebben voor fraude om een internetonderzoek te starten. Een reden kan bijvoorbeeld zijn wanneer de uitkomst van de gegevensuitwisseling niet overeenkomt met de informatie die de bijstandsontvanger heeft gegeven.  Een andere reden waarbij de gemeente besluit om over te gaan tot een internetonderzoek is wanneer er sprake is van een (anonieme) fraudemelding.

Stelselmatig zoeken op internet

De gemeente mag internetonderzoek (en) doen, maar het is juridisch niet toegestaan om stelselmatig op het internet te zoeken om zo fraude op te sporen. Zie ook de volgende uitspraak https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:CRVB:2017:2284

Tip:

Lees in het verlengde van dit onderwerp ook bijvoorbeeld onze blog over Marktplaats en bijstand: een ongelukkige combinatie?